18 mei 2017
Via via had ik vernomen dat 'hij' er weer zat. Hierbij werd een klein gebied genoemd waar ik in het verleden al eens geweest was. Toendertijd had ik al gehoord, dat daar Woudapen moesten zitten. De perfecte periode zou mei zijn omdat het riet dan nog niet zo dicht was. Omdat er sowieso een hoop rietvogels in dat gebied zitten, besloot ik maar eens een gokje te wagen. Al direct bij aankomst zag ik iets vreemds zitten in het riet naast een wandelpad. Een kleine vogel, met een felrode snavel, staarde mij aan vanuit het riet. Het was inderdaad een Woudaap!
Wat een geweldig beestje. De woudaap is de kleinste van de reigersoorten in Nederland. Als een echter acrobaat zat hij in het riet te rusten. Zijn tenen om twee aparte rietstengels geklemd. Heel behoedzaam maakte ik snel een aantal foto's, waarna ik langzaam kon naderen tot een meter of vijf. Na enige tijd klom hij langszaam via het riet uit beeld. Zeer kort hierna hoorde ik een zeer markant geluid, dat ik herkende als het geluid van een Snor. Door het riet heen kon ik een bewijsplaatje maken, waardoor ik er zomaar twee nieuwe soorten bij had.